Werken in een organisatie kan verdraaid lastig zijn. Je organiseert er met elkaar op los maar wat is nu eigenlijk echt hetgeen je zou moeten doen? Anders gezegd: ‘Kan je hetgeen je echt zou moeten doen nog wel zien als je zo druk bent met het organiseren?’
Overdrachten, MDO’s, visie bijeenkomsten, teamdagen, kwaliteitsmappen vullen etc.
Kortom zaken die niet heel dicht tegen het ‘echte werk’ aan schuren.
Ik sprak onlangs een oud collega die het woord ‘schuren’ veelvuldig gebruikte om aan te geven hoe noodzakelijk het was het te hebben over de wijze waarop het eigenlijke werk in de organisatie gedaan moet worden. Met elkaar voortdurend het gesprek voeren over ‘wat’ ‘wie’ ‘hoe’ etc. Schuren dus.
Wat is een organisatie en wat draagt deze bij aan het zogezegde werk op de werkvloer.
Overigens is werkvloer ook een bijzondere term. Het polariserende effect van deze term is enorm. Het geeft aan dat het laag bij de grond moet plaatsvinden en dat dat anders is dan andere mensen in zo’n organisatie dagelijks met elkaar doen.
We schuren wat af met elkaar.
Wie of wat is nu eigenlijk die totale organisatie?
Zijn het de mensen? Soms zelfs ‘poppetjes’ genoemd wat kenmerkend is voor professionals die graag het polariserende effect nog wat extra kracht bij zetten.
Personeel komt en gaat dus dat is een lastige aanduiding wanneer we spreken over de organisatie.
Is het de plek waar het georganiseerd wordt? Vroeger (op mijn werk) was dat het terrein van de instelling. De groei van het bedrijf maakte dat ook deze beredenering strandde. We waren immers meer dan alleen het terrein van de instelling.
Is het de naam van het bedrijf die staat voor ‘de organisatie’? Als je de werkzame mensen vroeg naar de oorsprong van de naam en organisatie wist grofweg 95% niet het ontstaan van de naam en organisatie. Ook niet echt een plausibele verklaring dus.
Wat dan wel?
Is een organisatie niet simpelweg het collectieve denken van de werkzame mensen over die organisatie?
Veel organisaties worstelen met complexe vraagstukken, de druk op personeel is hoog, de onzekerheid over de meerzorg voelbaar, de druk bij orthopedagogen hoorbaar, de incident-meldingen zichtbaar etc. Door deze collectieve verontrusting wordt de organisatie soms aan het wankelen gebracht.
Als houvast in dit wankel evenwicht kan je als organisatie echter altijd op twee constante factoren rekenen. De cliënten en hun ouders enerzijds en de visie van de organisatie anderzijds.
Hoe je er dus ook op los wil schuren laat de twee meest constante factoren richtinggevend zijn. De visie van je organisatie die de mogelijkheid geeft met elkaar na te denken over de wijze waarop de inrichting en de verrichting is ingesteld.
Maar bovenal natuurlijk de uitgesproken wensen en inschatting van behoeften van betreffende cliënten en hun ouders.
Luister goed en activeer het denken van waaruit de organisatie sterker kan worden.
Schuur er dus lustig op los maar vergeet niet te luisteren.
Luisteren en denken om je organisatie te versterken en ontwikkelen.
Ga het doen!
Comments